Kan koolstofafvangtechnologie helpen de gevolgen van klimaatverandering terug te draaien?

Foto van Richard van Hooijdonk
Richard van Hooijdonk
  • We pompen elk jaar 30 tot 40 gigaton koolstofdioxide de atmosfeer in
  • Koolstofafvangtechnologie wordt steeds vaker genoemd als een oplossing voor klimaatverandering
  • Bedreigen de hoge kosten de haalbaarheid van koolstofafvangtechnologie?

Extreme weersomstandigheden, stijgende zeespiegels, smeltend poolijs; dit zijn een paar van de belangrijkste gevolgen van klimaatverandering – gevolgen die met het verstrijken van de tijd steeds ernstiger worden. We bevinden ons momenteel op een keerpunt: óf we nemen nu een standpunt in en doen iets om de gevolgen van klimaatverandering terug te dringen, óf we slaan een weg in waarvan we niet meer terugkomen, met permanente schade aan onze planeet en de mensheid als gevolg.

We pompen elk jaar 30 tot 40 gigaton koolstofdioxide de atmosfeer in

De eerste stap is een vrij voor de hand liggende — het verminderen van de hoeveelheid koolstofemissies. Volgens het Internationaal Energieagentschap (IEA) produceren we jaarlijks tussen de 30 en 40 gigaton CO2, wat op de lange termijn gewoonweg onhoudbaar is. Maar als deze uitstoot zo lang ongecontroleerd blijft groeien, is zelfs een reductie tot nul misschien niet meer voldoende om het gewenste resultaat te bereiken. In een recent rapport van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) van de VN staat dat we, als we de opwarming van de aarde tot 1,5 graden Celsius willen beperken, naast het verminderen van onze CO2-uitstoot met 45 procent in 2030 en het volledig elimineren ervan in 2050, ook een manier moeten vinden om in bepaalde sectoren ‘negatieve emissies’ te bereiken door een deel van de kooldioxide uit de lucht te verwijderen. Veel deskundigen zijn van mening dat koolstofafvangtechnologie een mogelijke oplossing is.

Luchtvervuiling door fabrieken die giftige rook uitstoten
De eerste stap is een vrij voor de hand liggende — het verminderen van de hoeveelheid koolstofemissies.

Koolstofafvangtechnologie wordt steeds vaker genoemd als een oplossing voor klimaatverandering

Het Zwitserse Climeworks kondigde onlangs de lancering aan van een nieuwe installatie voor directe luchtvangst (DAC) in Troia, Italië, die jaarlijks tot 150 ton CO2 uit de omgevingslucht kan verwijderen. De installatie, die grotendeels gefinancierd wordt in het kader van het Horizon 2020 onderzoeksproject STORE&GO van de Europese Unie, bestaat uit drie DAC-collectoren die lucht aanzuigen en door een filter leiden dat alleen kooldioxide opvangt, terwijl een alkalische elektrolyser van 1,2 MW met behulp van zonnepanelen op locatie 240 kubieke meter hernieuwbare waterstof per uur genereert. De kooldioxide en waterstof worden vervolgens via een Power-to-Gas proces omgezet in methaan, dat later vloeibaar wordt gemaakt voor gebruik als brandstof voor vrachtwagens. Bovendien wordt de warmte die tijdens het proces vrijkomt gebruikt om het totale rendement ervan te verhogen. Volgens de medeoprichter van Climeworks, Christoph Gebald, zijn er nog diverse potentiële andere toepassingen. Het proces kan bijvoorbeeld ook worden aangepast om vliegtuigbrandstof te produceren.

Het bedrijf streeft ernaar om tegen 2025 jaarlijks één procent van de wereldwijde CO2-uitstoot af te vangen. “Om dit te bereiken hebben we 250.000 installaties nodig, zoals de commerciële installatie in Hinwil, of 750.000 zeecontainers vol met CO2-afvangers, hetzelfde aantal containers dat elke twee weken door de haven van Shanghai moet”, zegt Martin Jendrischik, woordvoerder van Climeworks. Op dit moment hebben ze er slechts drie. Naast de nieuwe Italiaanse installatie heeft Climeworks ook een commerciële installatie in Hinwil, Zürich, die in mei 2017 werd geopend en de capaciteit heeft om jaarlijks 900 ton CO2 af te vangen. De installatie gebruikt de afvalwarmte van de daaronder gelegen verbrandingsinstallatie om de afgevangen koolstof op te warmen en vervolgens naar een nabijgelegen kas te transporteren, waar het wordt gebruikt bij het kweken van groenten.

De tweede installatie, die de capaciteit heeft om 50 ton CO2 per jaar af te vangen, werd in november 2017 geopend. De centrale werd gebouwd in de geothermische centrale van Hellisheidi bij Reykjavik, een van de grootste installaties in zijn soort ter wereld, en vangt koolstof op uit de omgevingslucht. Dit wordt vervolgens omgezet in koolzuurhoudend water en ondergronds wordt geïnjecteerd. Daar reageert het met elementen als calcium, magnesium en ijzer en vormt het basaltgesteente. Tijdens dit proces, dat van nature honderden of duizenden jaren in beslag neemt, wordt in minder dan twee jaar tijd meer dan 95 procent van de C02 in basaltgesteente omgezet.

Bedreigen de hoge kosten de haalbaarheid van koolstofafvangtechnologie?

De grootste uitdaging van koolstofafvangtechnologie zijn de kosten. Het afvangen van een enkele ton CO2 kost ergens tussen de $600 en $800. Dit is vele male hoger dan koolstofbelasting en voor vervuilers daardoor niet bepaald een aantrekkelijk alternatief. Toch is Jendrischik van mening dat de technologie waar zijn bedrijf aan werkt een zeer mooie toekomst heeft. “De technologie van Climeworks heeft op lange termijn het potentieel om CO2 op een gigatonschaal uit de atmosfeer te verwijderen en op die manier kunnen we de opwarming van de aarde terugdraaien” zegt hij. Daar voegt hij aan toe dat het bedrijf uiteindelijk in staat zal zijn om de kosten te verlagen tot slechts $115. Nicolas Gruber, hoogleraar milieufysica aan de afdeling Milieusysteemwetenschappen van ETH Zürich, is het met Jendrischik eens. Hij zegt: “Ook al is dit geenszins een zilveren kogel waar je alle problemen mee oplost, we kunnen het ons niet veroorloven om een haalbare optie te negeren, simpelweg omdat het misschien niet zo goedkoop is als sommige andere opties”.

Klimaatverandering eist een steeds grotere tol en het is de hoogste tijd om in te grijpen. In de afgelopen jaren is gebleken dat de technologie voor het afvangen van koolstof een potentiële oplossing is, maar deze technologie is nog niet echt van de grond gekomen. Een van de belangrijkste redenen is dat het op dit moment gewoonweg te duur is om economisch haalbaar te zijn. Maar omdat bedrijven als Climeworks blijven werken aan de technologie, zullen de kosten in de toekomst naar verwachting dalen. Bovendien is het de vraag of de nieuwe technologie voldoende CO2 kan verwijderen om verdere investeringen te rechtvaardigen. Maar zoals het er nu voorstaat kunnen we elk klein beetje hulp gebruiken en zijn we het aan toekomstige generaties verplicht om elke beschikbare optie te onderzoeken.

Share via
Copy link