- Oppenheimer werd de vernietiger van werelden
- Nobel’s nobele eind
- De terugslag van de dubbele backslash
- Wilbur Wright dacht dat zijn vliegtuigen oorlogen zouden voorkomen
- Zuckerman: uitvinder van de pop-upadvertentie
- De ontwerper van het kantoorhokje, Bob Propst
- Het hele milieu door één man vernietigd
Trendwatchers zijn vaak enthousiast over wat ze in de toekomst zien, maar soms doet een trend meer kwaad dan goed. Elon Musk is bijvoorbeeld bezorgd over wat er gebeurt met de mensheid als de kunstmatige intelligentie straks pas echt goed aan zijn opmars begint. Stephen Hawking maakt zich zorgen dat onze pogingen om contact te maken met buitenaards leven slecht zullen aflopen. Een van de verantwoordelijkheden van een trendwatcher is dan ook om ons te waarschuwen voor toekomstige gevaren. Sommige wetenschappelijke genieën hebben soms veel spijt van hun uitvindingen, of irriteren zich aan de onbedoelde gevolgen ervan. In dit artikel nemen we een kijkje bij een paar van de gevaarlijkste (en irritantste) uitvindingen uit de geschiedenis en de reacties van de uitvinders – van Oppenheimer’s woede over het gebruik van zijn wapen tot Midgley’s ongeëvenaarde vernietiging van het milieu.
Oppenheimer werd de vernietiger van werelden
In 1941 was J. Robert Oppenheimer een hoogleraar in de theoretische natuurkunde aan de Universiteit van California, Berkeley, toen president Roosevelt besloot om de atoombom te bouwen als onderdeel van het Manhattan Project. Oppenheimer werd aanvankelijk aangesteld om aan de complexe berekeningen te werken die nodig waren om het atoom te splitsen, maar in 1942 werd hij ingezet om het geheime wapenprogramma te leiden. Oppenheimer werkte op een afgelegen militaire onderzoeksfaciliteit en op 16 juli 1945 slaagde hij en zijn team er uiteindelijk in om de eerste atoombom tot ontploffing te brengen. Later zei hij dat hij tijdens de explosie moest denken aan een passage uit het hindoegeschrift, de Bhagavad Gita: “Nu ben ik de Dood, de Vernietiger van Werelden.”
Oppenheimer’s angsten werden op 6 en 9 augustus 1945 werkelijkheid, toen Hiroshima en Nagasaki door zijn uranium- en plutoniumbommen volledig werden vernietigd. Door de explosies vonden 226.000 mensen de dood, en velen overleden in de decennia daarna nog aan de gevolgen van de radioactieve straling. Oppenheimer heeft nooit spijt gehad van zijn werk aan het Manhattan-project. Wel heeft hij kritiek geuit op het feit dat zijn creatie gebruikt werd als politiek instrument in plaats van voor de vrede. De Proclamatie van Potsdam, een verklaring met voorwaarden voor de overgave van Japan – dat op dat moment nog in oorlog was met de geallieerde naties – bepaalde dat “Japan bij weigering direct en totaal zou worden verwoest”. Wat er niet in stond was dat het hier om een atoombom ging. Daarover zei Oppenheimer later: “Onze overheid had anders moeten handelen en de wereld en Japan moeten vertellen wat die verwoesting specifiek inhield.”
Nobel’s nobele einde
Er zijn maar weinig mensen die weten dat de sponsor van ’s werelds grootste prijs voor de vrede gemotiveerd werd door zijn reputatie als ‘handelaar in de dood.’ Alfred Nobel werd in 1833 in Stockholm geboren. Zijn familie was een belangrijke speler in de wapenindustrie. Alfred Nobel was intelligent en leergierig en had de chemie al snel onder de knie. Ook hij ging in het familiebedrijf aan het werk. Hij begon met het bestuderen van explosieven en zocht naar een veilige productiemethode voor vaste nitroglycerine voor gebruik in staven. In 1864 werden Alfreds jongere broer Emil en een aantal werknemers door een onbedoelde ontploffing gedood. Daarna vond Nobel een veilige methode om nitroglycerine te laten ontploffen. Nobel noemde de springstof ‘dynamiet’ en hij werd al snel schatrijk door de verkoop aan mijnbouwbedrijven en wapenfabrikanten. In 1888 overleed zijn broer Ludvig, maar in de kranten werd per ongeluk Alfreds necrologie gedrukt, waarin hij omschreven werd als ‘handelaar in de dood’, iemand die rijk werd van het oorlogsleed dat hij de mensheid door zijn uitvinding aandeed. Hoewel hij geen spijt had van zijn uitvindingen maakte hij zich toch zorgen over hoe de wereld hem zich zou herinneren. In een poging om zijn naam te zuiveren veranderde hij in 1895 zijn testament. Zijn enorme fortuin moest na zijn dood gebruikt worden om de Nobelprijzen voor geneeskunde, scheikunde, natuurkunde, letterkunde en de vrede te financieren.
De terugslag van de dubbele backslash
Sir Timothy John Berners-Lee is een Engelse computerwetenschapper en – samen met Vlaamse informaticus Robert Cailliau – bedenker en grondlegger van het World Wide Web. In 1989, toen hij werkzaam was als zelfstandig ondernemer aan het CERN-laboratorium in Zwitserland, ontwierp Berners-Lee een systeem voor de uitwisseling van informatie tussen de verschillende onderzoekers. Dit werd de eerste webserver, CERN HTTPd (CERN Hypertext Transfer Protocol daemon).
Het Internet hebben we dus aan Sir Timothy te danken. Helaas hebben we elke irritante dubbele backslash (die na de dubbele punt komt in een webadres) ook aan hem te danken. “Ik had de // achterwege kunnen laten, overbodig kunnen maken, en dat zou inmiddels heel wat toetsaanslagen gescheeld hebben, maar dat zou geen fundamentele verandering zijn geweest. Het zou een kleine cosmetische verandering zijn geweest,” vertelde hij toen hem gevraagd werd of hij spijt had van zijn dubbele backslash.
Wright had het mis
Nadat ze hun mechanische vaardigheden op drukpersen, fietsen en motoren hadden uitgetest, besloten de gebroeders Orville en Wilbur Wright het aan het begin van de vorige eeuw met vliegtuigen te proberen. Terwijl andere vernieuwers krachtigere motoren probeerden te ontwerpen, bouwden Orville en Wilbur een windtunnel en verzamelden ze gegevens. Al gauw realiseerden ze zich dat de sleutel tot vliegen lag in pilootcontrole. Ze ontwierpen een systeem dat drie-assige controle mogelijk maakte, waardoor de piloot echt controle over het vliegtuig had. Op 17 december 1903 lanceerden de gebroeders met succes de eerste vliegende machine in Kitty Hawk, North Carolina die ‘zwaarder was dan lucht’. Hun Amerikaanse octrooi was niet voor de vliegende machine zelf, maar voor het ‘aerodynamische controlesysteem’. In 1909 verkochten de gebroeders Wright hun vliegtuigen aan het Amerikaanse leger, aanvankelijk voor verkenning van vijandig terrein. De broers ontvingen een Franse vredesprijs en geloofden werkelijk dat hun vliegtuigen – door sluipaanvallen te voorkomen – een eind zouden maken aan oorlogen. Maar tijdens de Eerste Wereldoorlog werd het duidelijk dat het vliegtuig ook voor bombardementen kon worden gebruikt. Wilbur heeft dat niet meer meegemaakt – hij overleed in 1912 op 45-jarige leeftijd. Tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog, toen vliegtuigen hele steden hadden verwoest, realiseerde Orville zich dat geavanceerde wapens nooit zouden leiden tot vrede. In een interview vertelde hij: “We hoopten dat onze uitvinding vrede dichterbij zou brengen. Maar we hebben ons vergist. (…) Nee, over mijn aandeel in de uitvinding van het vliegtuig heb ik geen spijt, hoewel niemand de vernielingen die ermee zijn aangericht zo betreurt als ik.”
Zuckerman: uitvinder van de pop-upadvertentie
Ethan Zuckerman – zijn naam zegt weinig mensen iets – was student filosofie en ethnomusicologie. In de jaren negentig werkte hij als ingenieur en webdesigner voor Tripod.com, een bedrijf dat uiteindelijk een website-hostingnetwerk werd. Na tevergeefs gezocht te hebben naar een winstgevend model, besloot Tripod om reclame te gaan gebruiken. Op een dag werd hij gebeld door een boze klant die geschrokken was van een advertentie met seksuele inhoud op zijn site. Hij wilde daar niet mee geassocieerd worden. Zuckerman ging vervolgens op zoek naar een oplossing. Hij schreef code waarmee advertenties op websites in een apart scherm geopend werden. Als gevolg van deze uitvinding worden internetters nu jaren later nog steeds lastig gevallen door pop-upadvertenties die op de meest ongewenste momenten opeens in beeld verschijnen. In 2014 vertelde Zuckerman: “Ik heb deze code inderdaad geschreven. Sorry, maar mijn bedoelingen waren goed.” Gelukkig hebben we tegenwoordig pop-upblockers, waarmee dit soort advertenties niet meer automatisch geopend wordt.
De ontwerper van het kantoorhokje: Bob Propst
In 1960 werd een zekere Robert Propst bij de Herman Miller Research Corporation in Michigan in dienst genomen. Zijn taak was om te bestuderen hoe het kantoormeubilair in die tijd gebruikt werd, zodat het bedrijf superieure meubels kon ontwerpen. De kantoren in die tijd bestonden uit grote open ruimten met rijen identieke bureaus, en Propst concludeerde dat het gebrek aan privacy de werkefficiëntie niet ten goede kwam. Hij was van mening dat het belangrijk was om een combinatie te creëren van privacy en openheid zodat werknemers met elkaar konden communiceren maar tegelijkertijd ook in alle rust konden werken als dat nodig was. Ironisch genoeg merkte Propst op: “Eén van de betreurenswaardige omstandigheden van hedendaagse kantoren is het feit dat er een soort eenheidsworstformule is voor iedereen.”
In 1964 ontwikkelde hij de Action Office I, een modulair, makkelijk veranderbaar systeem van rijen werkruimten die je kon aanpassen aan de gebruiker. Dit systeem bestond uit bureaus met variabele hoogten en comfortabele bureaustoelen. Maar de verkoopcijfers waren maar magertjes; het meubilair was te mooi, en daardoor ook te duur. Daarop volgde het veel goedkopere Action Office II-systeem wat kantoren wereldwijd voor altijd veranderde in de kantoorkubusjes zoals we die nu kennen. Dankzij de belastingwetgeving konden bedrijven hun meubeluitgaven over zeven jaar afschrijven, waardoor er in de jaren zeventig en tachtig een massale verschuiving naar deze kantoorhokjes plaatsvond. De opdracht was om de arbeidsomstandigheden van werknemers te verbeteren, maar uiteindelijk bereikte Propst met het hokjessysteem het tegenovergestelde resultaat. Hij heeft dan ook echt spijt van zijn aandeel in het ‘monotoniseren’ van het kantoorleven. “De ‘kubiclisering’ van mensen in moderne bedrijven is monolithische krankzinnigheid,” zei hij.
Het hele milieu door één man vernietigd
In 2006 werd tijdens een populaire Britse televisiequiz de vraag gesteld welke persoon het milieu in zijn eentje de meeste schade had toegebracht. Het bleek de Amerikaanse uitvinder Thomas Midgley te zijn. Een groot deel van de 20ste eeuw waren verbrandingsmotoren nogal luidruchtig en General Motors Research Company besloot daar in 1921 een oplossing voor te vinden. Thomas Midgley ontdekte dat je het irritante en soms oorverdovende ‘kloppende’ geluid kon voorkomen door tetraethyllood aan de brandstof toe te voegen. Ze waren zich er bij General Motors van bewust dat het bekendmaken van deze toevoeging tot publiek protest zou leiden en besloten het ‘ethyl’ te noemen. Het additief werd al snel op grote schaal toegepast waardoor grote hoeveelheden lood in de lucht terechtkwamen. De gevallen van loodvergiftiging, destructief voor de hersenen van kinderen en verantwoordelijk voor talloze ziekten, namen wereldwijd ernstig toe.
General Motors gaf Midgley nog een andere puzzel om op te lossen. Conventionele airconditionings- en koelinstallaties bevatten in die tijd giftige en explosieve chemicaliën en GM wilde ‘veilige’ alternatieven. Midgley’s oplossing daarvoor was chloorfluorkoolstof (cfk), een organische verbinding van koolstof, chloor en fluor dat later door Dupont als ‘Freon’ op de markt gebracht werd. Het werd al snel ‘s werelds meestgebruikte koelstof voor huishoudelijke apparaten en auto’s. Maar net als met de loodolie, werden de diepgaande schadelijke effecten van cfk’s al snel ontdekt. Tegen het eind van de jaren zeventig was de milieuschade van cfk’s alom bekend, wat uiteindelijk tot een verbod leidde. In 1985 werd het gat in de ozonlaag boven Antarctica definitief toegeschreven aan het wereldwijde gebruik van cfk’s.
Midgley stierf in 1944 door toedoen van een door hemzelf ontworpen apparaat. Nadat hij door polio kreupel was geworden, ontwierp hij een machine waarmee hij zich door middel van een serie gemotoriseerde katrollen van zijn bed naar zijn stoel kon manoeuvreren. Hij raakte verstrikt in de kabels van het apparaat en werd daardoor gewurgd. Hij heeft nooit geweten dat zijn creaties uiteindelijk zoveel schade aanrichtten omdat hij stierf voordat iemand dit besefte. De zachtmoedige ingenieur zou dit zeker zeer betreurd hebben.
Een gezonde dosis scepsis
Wetenschappelijke genieën doen soms uitvindingen die onze collectieve wijsheid overstijgen. Dat zien we aan de verschrikkingen van loodvergiftiging of het vreselijke verlies van leven in Hiroshima en Nagasaki. Een van de taken van een trendwatcher is dan ook om technologische vooruitgang met een gezonde dosis scepsis te benaderen en ons er, wanneer nodig, voor te beschermen.
Share via: