- Consumenten en overheden dwingen bedrijven tot verandering
- De mode-industrie wil zijn impact op het milieu terugdringen
- Kun je voedselverspilling tegengaan door korting te geven?
- Boeren empoweren en ontbossing tegengaan of compenseren
- Hoe kunnen retailers duurzaamheidsinitiatieven ondersteunen?
- Blockchain maakt meer transparantie mogelijk
- De economie in ontwikkelingslanden transformeren
- Morele en financiële redenen voor duurzaam ondernemen
De klimaatcrisis en de kwaliteit van ons water, onze lucht en onze grond eisen een zware tol van onze planeet. In de afgelopen 22 jaar werden twintig van de warmste jaren geregistreerd. Bioloog en documentairemaker David Attenborough zegt: We staan aan de vooravond van een door mensen veroorzaakte wereldramp, onze grootste bedreiging in duizenden jaren. Als we geen actie ondernemen, is de ineenstorting van onze beschavingen en uitsterving van een groot deel van onze natuurlijke wereld nabij”. Milieu-experts adviseren om meer gebruik te maken van het openbaar vervoer, minder vlees te eten en het gebruik van single-use plastic te verbieden om onze ecologische voetafdruk te verkleinen. En ook al helpen alle beetjes, deze individuele inspanningen zijn eigenlijk – en letterlijk – een druppel op een gloeiende plaat. Grote bedrijven en hun vervuilende toeleveringsketens moeten ook veel meer verantwoording nemen. Onderzoek toont aan dat het eigenlijk om ‘maar’ 100 bedrijven gaat die sinds 1988 verantwoordelijk zijn voor 71 procent van de wereldwijde CO2-uitstoot.
Er wordt dan ook steeds vaker een beroep gedaan op bedrijven om hun bedrijfsprocessen te verduurzamen. Hier is echter veel meer voor nodig dan het veranderen van de bedrijfsactiviteiten zelf. De supply chains van deze bedrijven zijn namelijk verantwoordelijk voor 80 procent van de milieu-impact. Leveranciers moeten allereerst hun eigen CO2-uitstoot aan banden leggen, gebruikte materialen veel meer gaan recyclen en bijvoorbeeld nieuwe bomen planten. Consumenten worden ook steeds milieubewuster en kiezen in toenemende mate voor duurzame producten, wat leidt tot een ‘groene’ markt van miljarden dollars. Nieuwe ontwikkelingen stellen de consument in staat om over een product in elke fase van zijn levenscyclus informatie op te vragen en ngo’s bieden bedrijven en instellingen toegang tot de beste duurzaamheidspraktijken.
Consumenten en overheden dwingen bedrijven tot verandering
Bijna de helft van de Amerikaanse consumenten is bereid om hun consumptiegewoontes te veranderen als dat betekent dat ze daarmee een positieve bijdrage kunnen leveren aan het milieu. Tegen 2021 zal deze groep elk jaar maximaal $150 miljard uitgeven aan duurzame, fast-moving consumer goods (FMCG – ‘snelbewegende’ consumptiegoederen). In de Europese Unie is de markt voor biologisch voedsel alleen al meer dan $30 miljard waard en de Europese autoriteiten nemen wettelijke maatregelen om duurzaamheid te bevorderen. Zo keurde de Europese Commissie in 2015 het actieplan voor de circulaire economie goed met als doel efficiënter hergebruik en recycling van grondstoffen en producten. Bovendien worden maatregelen als de Europese Strategie voor Kunststoffen geïmplementeerd om ervoor te zorgen dat alle plastic verpakkingen die in EU-lidstaten worden gebruikt tegen 2030 kunnen worden gerecycled.
De marktvraag en de druk van de overheid dwingen bedrijven dus om te reageren. Volgens de grote bank HSBC, die financiële diensten verleent aan bedrijven (Commercial Banking), particulieren (Retail Banking and Wealth Management) en wereldwijd (Global Banking and Markets), is 31 procent van de bedrijven wereldwijd van plan om duurzame veranderingen te introduceren in hun toeleveringsketens. De belangrijkste drijfveren van deze stap zijn kostenbesparingen en hogere inkomsten. Ook hebben zeven van de tien grootste wereldwijde FMCG-bedrijven doelstellingen geïmplementeerd voor het verminderen van hun CO2-uitstoot. Een van de onderdelen van deze doelstellingen is het ‘vergroenen’ van leveranciers. Maar de weg naar duurzaamheid is niet eenvoudig en volgens de laatst beschikbare gegevens van 2016 zijn maar twee van die zeven bedrijven erin geslaagd om de ecologische voetafdruk van hun toeleveringsketen met één procent te verminderen. Honderden andere bedrijven gaan echter onverminderd door met allerlei duurzaamheidsinitiatieven om afval terug te dringen, hun milieu-impact te verminderen en de transparantie van toeleveringsketens te verbeteren.
De mode-industrie wil zijn impact op het milieu terugdringen
In schril contrast tot het glamoureuze beeld dat velen van de mode-industrie hebben is deze bedrijfstak in werkelijkheid een van ’s werelds grootste vervuilers. De energie-intensieve productieprocessen, lage recyclingpercentages en enorm lange toeleveringsketens dragen bij aan ongeveer 10 procent van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen en maar liefst 20 procent van het wereldwijde afvalwater. Ook heeft goedkope kleding in de afgelopen decennia geleid tot een toename van 40 procent in het aantal in de EU verkochte kledingstukken – wat nog meer verspilling en afval tot gevolg heeft gehad. Steeds meer modeproducenten gaan daarom over op ethische mode – door te zorgen voor betere arbeidsomstandigheden, minder impact op het milieu en het leveren van duurzame producten.
De Zweedse kledingretailer H&M die overal ter wereld vestigingen heeft is een van de modeproducenten die aan de slag is gegaan met duurzame kleding. Het plan van het bedrijf is om in 2030 volledig circulair te zijn door grondstoffen te recyclen en opnieuw te gebruiken, gebruik te maken van hernieuwbare energie en de CO2-uitstoot te verminderen. Veel H&M-winkels bieden klanten al de mogelijkheid om gebruikte kleding in te leveren voor recycling en krijgen daarvoor een kortingsbon. Ook kunnen klanten via de H&M-app informatie vinden over het kledingproductieproces door het prijskaartje te scannen en het ‘100% Fair & Equal’-programma van het bedrijf zorgt ervoor dat alle werknemers in de toeleveringsketen eerlijk worden gecompenseerd voor hun werk.
Het Duitse Adidas, een van de grootste sportkledingfabrikanten ter wereld, introduceerde in 1989 al ‘groene’ productiemethoden in veel van zijn fabrieken en in 1999 was de fabriek in Scheinfeld de eerste in de branche die EMAS-certificering ontving voor hun milieumanagementsysteem. Ook in de voetbalwereld is Adidas al een aantal jaren goed bezig. In een partnerschap met Parley ontwikkelde de sportartikelenfabrikant warming up-shirts voor Juventus, Manchester United, Real Madrid en Bayern München die volledig gemaakt zijn van plastic oceaanafval. Het concept wordt door Adidas overigens ook ingezet bij de productie van schoenen. Bovendien wil Adidas duurzame innovaties in de mode-industrie ondersteunen door startups uit het Fashion for Good Plug and Play Accelerator-programma te adviseren.
Ook de Duitse herenmodegigant Hugo Boss probeert zijn toeleveringsketen duurzamer te maken. Tegen 2025 wil het bedrijf dat ten minste 80 procent van de materialen die het koopt – zoals katoen, leer, wol en synthetische vezels – duurzaam geproduceerd worden. De materialen die het bedrijf in zijn kledingstukken verwerkt voor vulling en versteviging bestaan al uit minimaal 60 procent gerecyclede materialen. Bovendien maakt Hugo Boss deel uit van de 2020 Circular Fashion System Commitment, een sectorbreed bedrijfsinitiatief dat het hergebruik van producten aan het einde van hun levenscyclus promoot. Het populaire modemerk wil al zijn medewerkers trainen in het omarmen van duurzaamheid in de ontwerp-, ontwikkelings- en inkoopfasen van de productie.
Kun je voedselverspilling tegengaan door korting te geven?
En terwijl sommige landen proberen de mode-industrie in toom te houden, gaat één op de negen mensen in de wereld met honger naar bed. Maar liefst 821 miljoen mensen worden getroffen door voedselschaarste en tegelijkertijd wordt elk jaar 30 procent van het voedsel voor menselijke consumptie verspild – wat ook nog eens $700 miljard aan milieukosten en $1 biljoen aan economische kosten met zich meebrengt. Voedselverspilling veroorzaakt niet alleen direct financieel verlies voor alle bedrijven in de toeleveringsketen, het vertegenwoordigt ook een inefficiënt gebruik van water, energie, grond(stoffen) en vele andere natuurlijke, eindige hulpbronnen.
Een manier om dit probleem aan te pakken is door consumenten korting te geven op voedselproducten. In Londen werd onlangs de Too Good To Go-app gelanceerd. Met deze app kunnen restaurants en verkopers voedselproducten uploaden die ze met korting willen verkopen. De service is momenteel in 9 landen beschikbaar en er hebben zich inmiddels 21.000 partners bij aangesloten. De Zweedse tegenhanger Karma werd in 2018 gelanceerd en stelt partners in staat om overtollige voedselproducten voor de helft van de oorspronkelijke prijs te verkopen. Andere Europese landen hebben vergelijkbare apps, zoals bijvoorbeeld Minute Sottocasa in Italië.
Boeren empoweren en ontbossing tegengaan of compenseren
De voedselindustrie is een van de grootste veroorzakers van milieuproblemen en steeds meer bedrijven in deze sector worden dan ook gedwongen om duurzamere productieprocessen te implementeren. Smithfield Foods, de grootste varkensvleesproducent ter wereld, levert bijvoorbeeld ongeveer 80 procent van zijn graanleveranciers efficiëntere meststoffen en technieken voor betere bodemgezondheid. Deze meststoffen en technieken worden inmiddels op 226.623 hectare land gebruikt. Het bedrijf hoopt dat dit initiatief in 2025 de uitstoot van broeikasgassen in zijn toeleveringsketen met 25 procent zal verminderen en dat het de landbouw efficiënter en goedkoper zal maken. Ook geven de landbouwkundigen van Smithfield Foods boeren advies over hoe ze de bemestingspraktijken verder kunnen verbeteren, goedkopere gereedschappen kunnen vinden en de gewasproductie kunnen diversifiëren.
Ook koffiehuisketen Starbucks heeft een manier gevonden om boeren te helpen. In mei 2019 heeft deze Amerikaanse onderneming een 30-jarige duurzame obligatie uitgegeven ter waarde van $1 miljard. Het geld zal worden gebruikt ter ondersteuning van het Starbucks Global Farmer Fund dat boeren leningen verstrekt om oude bomen voor nieuwe te vervangen, betere gereedschappen te kopen en de productiviteit te verbeteren. Daarnaast wil het bedrijf de verzamelde fondsen gebruiken voor de financiering van de bouw van 10.000 Greener Stores in 2025 die zullen draaien op hernieuwbare energie en zich richten op waterbesparende processen, afvalvermindering en duurzame bekers en verpakkingsmateriaal.
The Hershey Company, een Amerikaanse producent van chocolademerken als KitKat en tientallen andere, ondersteunt herbebossingsinitiatieven in cacao-producerende regio’s in West-Afrika. Het bedrijf wil landbouwers en koffieboeren in Ghana en Ivoorkust tegen 2022 voorzien van maar liefst 900.000 multifunctionele bomen en 2,5 miljoen verbeterde cacaoplanten. Verder wil Hershey van 50.000 bedrijven in beide landen satellietkaarten ontwikkelen om de traceerbaarheid van materialen in de toeleveringsketen te optimaliseren en een beter overzicht te krijgen van de ontbossingscrisis. De Zwitserse multinational Nestlé wil de ontbossing die veroorzaakt wordt door zijn supply chainpartners tegen 2020 aan banden gelegd hebben. Het bedrijf maakt hiervoor gebruik van Starling, een systeem voor satellietbeelden, om bedreigde bosgebieden te monitoren. Er zal speciaal aandacht besteed worden aan de palmolieproductie, waarvan bekend is dat het een van de belangrijkste oorzaken is van klimaatverandering en verlies van biodiversiteit.
Hoe kunnen retailers duurzaamheidsinitiatieven ondersteunen?
Retailers kunnen ook een belangrijke rol spelen in het implementeren en promoten van groene bedrijfs- en productieprocessen. Het Amerikaanse Walmart wil er tegen 2030 bijvoorbeeld voor zorgen dat het zijn aandeel in de uitstoot van broeikasgassen met 1 miljard ton terugdringt. De plannen omvatten een energiezuinige vloot en bovendien moeten de helft van de bedrijfsactiviteiten tegen 2015 op hernieuwbare energiebronnen draaien. Walmart-leveranciers die duurzame praktijken toepassen kunnen bijvoorbeeld bij de HSBC-bank leningen krijgen tegen aantrekkelijke rentetarieven. Er zijn bovendien allerlei andere manieren om het milieu te beschermen. De Britse retailer Marks & Spencer slaagde er bijvoorbeeld in om het gebruik van plastic verpakkingsmateriaal voor popcorn met 37 procent terug te dringen door de hoeveelheid lucht in zakken popcorn te verminderen.
Blockchain maakt meer transparantie mogelijk
Jarenlange slechte ervaringen met en loze beloften van voedsel- en drankenproducenten en modebedrijven hebben geleid tot steeds meer wantrouwen bij de consument. De techstartup Provenance wil bedrijven helpen aan hun klanten te bewijzen dat de bedrijfsinspanningen op het gebied van duurzaamheid authentiek zijn. Het op blockchain gebaseerde platform stelt bedrijven in staat productinformatie vast te leggen, inzage te geven in het productieproces en te laten zien hoe materialen worden gemaakt, gebruikt, gerecycled en hergebruikt. De bedoeling is dat deze transparantie meer milieubewuste klanten zal aantrekken. Jessi Baker, de CEO van Provenance, zegt dat het platform ook kan worden gebruikt om bedrijven met duurzame bedrijfspraktijken leningen aan te bieden tegen aantrekkelijke rentetarieven.
De economie in ontwikkelingslanden transformeren
De aantrekkingskracht van duurzame productie heeft het potentieel om zelfs de textielindustrieën van hele landen te transformeren. Zo hopen producenten uit Guatemala in Midden-Amerika te profiteren van de dreigende Amerikaans-Chinese handelsoorlog. Ze willen graag zaken doen met kledingmerken die hun productiepartnerschappen willen verplaatsen naar buiten Azië. Textielfabrikanten als Liztex en producenten van ecogaren als Industria Textil S.A. hebben onlangs een aantal Amerikaanse producenten ontmoet op de handelsbeurs in Guatemala. Hoewel de mogelijkheid voor samenwerking bestaat, zal het enige tijd duren voordat de productiecapaciteit van bedrijven in Guatemala die van (onder andere) China zal evenaren.
Dankzij een initiatief van de Amerikaanse milieulobbygroep Environmental Defence Fund zal het voor bedrijven echter eenvoudiger worden om milieuvriendelijke productieprocessen te ontwikkelen en duurzame fabrieken in ontwikkelingslanden te bouwen. De groep heeft een nieuw internetplatform gelanceerd met een database van duurzaamheidsoplossingen, casestudy’s, bedrijfsbeleid en allerlei andere waardevolle informatiebronnen. Bovendien verbindt dit platform experts met bedrijven die een milieuvriendelijk beleid willen ontwikkelen. Elizabeth Sturcken, de managing director die verantwoordelijk is voor het project, zegt: “Het doel is om het vinden van duurzame oplossingen net zo eenvoudig te maken als het vinden van een film op Netflix of een nummer op Spotify”.
Morele en financiële redenen voor duurzaam ondernemen
Of het nu gaat om ontbossing of lucht-, water- en bodemvervuiling; bedrijven kunnen niet langer negeren dat hun bedrijfsprocessen de klimaatcrisis verergeren. Consumenten wereldwijd realiseren zich in toenemende mate wat de echte kosten zijn van goedkope (wegwerp)producten en ook overheden worden steeds meer geconfronteerd met publieke druk waardoor ze wel tot actie over móeten gaan. Om milieubescherming en de klimaatcrisis op de juiste manier aan te pakken is een rigoureuze transformatie van de toeleveringsketens van diverse sectoren cruciaal. En dat is geen eenvoudige opgave. Het veranderen van productie- en sourcingsystemen zal waarschijnlijk tientallen jaren in beslag nemen. Maar nu consumenten steeds meer bereid zijn om milieuvriendelijke producten te kopen en de pioniers van duurzame productie graag ondersteunen, hebben bedrijven nog meer belangrijke morele en financiële redenen om hun leven te beteren en duurzame toeleveringsketens te ontwikkelen.
Share via: