8 manieren waarop brein-computer interfaces je dagelijks leven in 2040 gigantisch gaan veranderen

Foto van Richard van Hooijdonk
Richard van Hooijdonk
In de komende vijftien jaar zullen onze hersenen een directe verbinding met machines aangaan, waardoor alles zal veranderen – van hoe we communiceren tot hoe we leren. Ben jij klaar voor een wereld waarin je gedachten niet meer helemaal van jezelf zijn?
  • Mensen met verlammingen gebruiken nu al BCI’s om robotische ledematen te bewegen en met computers te communiceren.
  • Tegen 2040 zal het mogelijk zijn om met behulp van hersenimplantaten telepathisch te communiceren, herinneringen en ervaringen te delen en onze cognitieve vaardigheden te vergroten.
  • Met BCI’s kunnen we dag en nacht ons geestelijk welzijn in de gaten houden en doelgericht ingrijpen bij verontrustende signalen.
  • Hoe we entertainment beleven zal veranderen, het wordt meer adaptief en zal zich aanpassen aan onze gemoedstoestand.
  • De manier waarop we werken zal veranderen, omdat we met hersenchips via onze gedachten allerlei taken kunnen uitvoeren en met collega’s kunnen communiceren.

Veranderingen komen vaak ongemerkt: twintig jaar geleden was het idee van een krachtige computer in je broekzak nog absurd. Nu raken we in paniek als we onze telefoon thuis hebben laten liggen. De ontwikkelingen op het gebied van BCI’s zijn vergelijkbaar, maar nóg verstrekkender. In 2040 is het delen van gedachten misschien wel net zo normaal als het delen van tweets nu is, en we downloaden misschien vaardigheden zoals we nu apps downloaden. Zoals de tieners van nu zich niet kunnen voorstellen hoe we ooit zonder sociale media hebben overleefd, vragen de tieners van straks zich misschien wel hetzelfde af over hersenchips.

Om de paar decennia duikt er een nieuwe technologie op die de potentie heeft om de samenleving radicaal te veranderen. Door de geschiedenis heen hebben we dit patroon keer op keer gezien: de drukpers zorgde voor een revolutie in de toegang tot kennis, elektriciteit verlichtte onze wereld en het internet verbond miljarden mensen over de hele wereld met elkaar. Nu staan brein-computer interfaces (BCI’s), ook wel hersenimplantaten of hersenchips genoemd, op het punt om de volgende revolutionaire doorbraak te vormen.

Deze baanbrekende apparaten beginnen al een verschil te maken en helpen mensen met verlammingen om computers en robotische ledematen te besturen met niets anders dan hun gedachten. Maar dit lijkt nog maar een voorproefje van wat ons te wachten staat. Naarmate kunstmatige intelligentie (AI) geavanceerder wordt en we het menselijk brein beter doorgronden, zouden hersenchips weleens net zo alledaags kunnen worden als smartphones – misschien heeft iedereen er in 2040 wel een. Of je daar nu naar uitkijkt of het verontrustend vindt, één ding staat vast: we naderen langzaam een toekomst waarin de kloof tussen denken en doen vrijwel verdwenen zal zijn.

The internet of brains

Dankzij BCI’s zullen we ooit via gedachten kunnen communiceren, waardoor we feitelijk telepathisch worden.

De belangrijkste en krachtigste invloed van BCI’s schuilt waarschijnlijk in de manier waarop we met elkaar communiceren. In plaats van woorden uit te spreken of berichten te typen, kan het zijn dat we tegen 2040 gedachten rechtstreeks van het ene brein naar het andere overbrengen. Als je nadenkt over hoe je ideeën in je hoofd bestaan voordat je ze uitspreekt, dan zijn het niet veel meer dan concepten, gevoelens en beelden. Met een BCI zouden we deze pure gedachten direct kunnen delen, zonder ze te hoeven vertalen in woorden. Twee mensen zouden ideeën kunnen uitwisselen met de snelheid van gedachten, waardoor een vorm van communicatie ontstaat die sneller en nauwkeuriger is dan alles wat we tot nu toe hebben gekend.

Dit zou een revolutie kunnen inluiden voor zowel onze werk- als persoonlijke relaties. We zouden dan met collega’s kunnen samenwerken door niet alleen ideeën, maar complete denkprocessen en -modellen te delen. Creatieve teams kunnen dan brainstormen door direct op elkaars gedachtegoed voort te borduren. In ons privéleven zouden hersenchips ons kunnen helpen om veel diepere verbindingen met elkaar aan te gaan. Momenten waarop woorden tekortschieten om uit te drukken wat we werkelijk voelen, behoren dan tot het verleden. We kunnen ervaringen, emoties en herinneringen dan op ongekend heldere en diepgaande wijze met elkaar delen. Taalbarrières zouden compleet verdwijnen – als we communiceren door middel van pure gedachten, maakt het niet uit welke taal we spreken.

Een omgeving die door gedachten wordt bestuurd

Over niet al te lange tijd zullen we onze gedachten kunnen gebruiken voor het bedienen van onze slimme huishoudelijke apparaten of zelfs het besturen van onze auto’s.

Hersenchips zullen ook de manier waarop we met de technologie om ons heen communiceren compleet gaan veranderen. In 2040 kun je je huis binnenlopen en alles aanpassen – verlichting, temperatuur, muziek, de tv – zonder een vinger uit te steken. Je BCI zou zelfs op je behoeften kunnen inspelen door aan te voelen wanneer je gestrest bent en automatisch een kalmerende omgeving te creëren met zachtere verlichting en rustgevende muziek. De smartphone zoals we die kennen zou weleens overbodig kunnen worden. Berichten zouden direct in je hoofd verschijnen en je zou direct kunnen reageren met een gedachte. Niet meer typen, niet meer je telefoon tevoorschijn halen tijdens gesprekken – communicatie zou heel gemakkelijk worden.

Zelfs autorijden zou een puur mentale handeling kunnen worden. In plaats van de fysieke besturing onder de knie te krijgen, bedien je je voertuig dan alleen met je gedachten, zodat het reageert op je intenties alsof het een verlengstuk van je lichaam is. BCI’s zouden de digitale wereld ook veel veiliger kunnen maken: in plaats van wachtwoorden of biometrische gegevens zouden we ‘passthoughts’ kunnen gebruiken om onze identiteit te bevestigen en in te loggen op verschillende apparaten en platforms. Omdat de hersengolfpatronen van iedereen uniek zijn, zou deze nieuwe vorm van authenticatie praktisch onmogelijk te hacken zijn.

De gechipte supermens van de toekomst

Hersenimplantaten, nu vooral medisch, zouden in de toekomst ook door gezonde mensen gebruikt kunnen worden om hun vermogens te verbeteren.

Naast dat ze de manier waarop we met machines en met elkaar communiceren veranderen, is het mogelijk dat we met BCI’s de grenzen van onze biologische mogelijkheden kunnen overschrijden. Door specifieke delen van de hersenen gericht te stimuleren, kunnen onze cognitieve vaardigheden er flink op vooruit gaan. Denk aan het verbeteren van ons geheugen, het verscherpen van onze focus, sneller leren – dat soort dingen.

Met elektroden in ons brein kunnen we ook ons gezichtsvermogen en ons gehoor een flinke boost geven. Verschillende bedrijven hebben al opmerkelijke vooruitgang geboekt met de ontwikkeling van implantaten die het gezichts- en gehoorvermogen herstellen van mensen die deze zintuigen zijn kwijtgeraakt als gevolg van een ongeluk of ziekte. Naarmate de technologie zich verder ontwikkelt, zouden BCI’s ons in de toekomst zelfs kunnen helpen om helder te zien in totale duisternis, in te zoomen op objecten in de verte of frequenties te horen die buiten het normale menselijke bereik liggen.

Zulke apparaten zouden ook de manier waarop we onze omgeving waarnemen kunnen veranderen door digitale informatie naadloos over ons gezichtsveld te leggen. Als je naar een gebouw kijkt, zie je misschien direct de geschiedenis en architectonische details. Kijk naar een plant en de soort en de verzorgingsbehoeften kunnen in je gezichtsveld verschijnen. Als je naar een persoon kijkt, kun je herinnerd worden aan zijn of haar naam en aan wanneer jullie elkaar voor het laatst hebben gezien. Deze constante stroom van contextuele informatie zou het navigeren in de wereld gemakkelijker en rijker maken dan ooit tevoren.

Stap in mijn herinneringen

Onze BCI’s houden alles bij wat we zien en horen, waardoor we herinneringen kunnen afspelen of met anderen kunnen delen.

Andere ontwikkelingen op het gebied van BCI-technologie zouden mogelijkheden kunnen ontsluiten die nu nog ondenkbaar zijn. Rond 2040 kunnen we onze ervaringen – alles wat we in ons dagelijks leven zien en horen – misschien volledig vastleggen. Dit zou een grote invloed hebben op de manier waarop we herinneringen bewaren en oproepen. In plaats van te vertrouwen op onvolmaakte herinneringen of tweedimensionale foto’s en video’s, kunnen we gebruikmaken van nauwkeurige opnames van onze ervaringen, compleet met elk zintuiglijk detail intact, en deze naar believen afspelen. Natuurlijk zouden we deze ervaringen ook rechtstreeks naar de hersenen van een ander kunnen sturen.

In plaats van door je vakantiefoto’s te scrollen of reisvideo’s op Instagram te bekijken, zouden je familie en vrienden je avonturen kunnen beleven alsof ze er zelf bij waren. Reizigers zouden ‘neurale ansichtkaarten’ kunnen delen die niet alleen de beelden en geluiden van hun avonturen vastleggen, maar ook de volledige zintuiglijke en emotionele diepte van deze momenten overbrengen – de warmte van de tropische zon, hoe de zeebries ruikt, de geur van straatvoedsel en het gevoel van zand tussen de tenen. Deze gedeelde ervaringen kunnen een mate van empathie en begrip teweegbrengen die veel verder gaat dan wat mogelijk is via traditionele vormen van communicatie.

Een gezonde geest in een gezond lichaam

Met BCI-technologie kunnen we onze mentale toestand constant monitoren, wat de deur opent naar baanbrekende behandelingen voor psychische aandoeningen.

Net zoals fitness-trackers vandaag de dag onze fysieke gezondheid in de gaten houden, zullen BCI’s in 2040 hetzelfde doen voor onze mentale toestand. Ze zullen onze hersenactiviteit constant analyseren en realtime inzichten geven over ons mentale welzijn – van hoe gestrest en vermoeid we zijn tot schommelingen in onze alertheid en emotionele toestand. Wanneer mentale vermoeidheid ons functioneren begint te beïnvloeden of stress ongezonde vormen begint aan te nemen, signaleert onze hersenchip deze veranderingen en waarschuwt ons voordat ze problematisch worden. Dit waarschuwingssysteem kan ons helpen betere beslissingen te nemen over wanneer we pauzes moeten nemen, van taak moeten veranderen of methoden voor stressmanagement moeten toepassen.

Vooral de therapeutische toepassingen zijn interessant. Door rechtstreeks met onze neurale netwerken te communiceren, kunnen BCI’s nauwkeurigere, gepersonaliseerde oplossingen bieden voor verschillende psychische aandoeningen. Voor iemand met angst zal het hersenimplantaat bijvoorbeeld de neurale patronen die samenhangen met overmatig piekeren kunnen herkennen en tot rust kunnen brengen. Voor iemand met een depressie zal het gebieden in de hersenen die gekoppeld zijn aan positieve emoties en motivatie kunnen activeren. In plaats van afhankelijk te zijn van medicijnen die op het hele brein inwerken of therapie die weken op zich laat wachten, kunnen BCI’s gerichte ondersteuning bieden, precies op het moment dat het nodig is. Zodra iemands mentale gezondheid begint te verslechteren, zal het apparaat dit herkennen en automatisch de juiste neurale stimulatie geven om diegene weer in balans te brengen.

De hersenen als ultieme game controller

Met BCI’s is verveling en frustratie tijdens het gamen verleden tijd, omdat de software ons plezier in het gamen meet en de game-omgeving automatisch aanpast.

Hersenchips gaan ook een grote invloed hebben op de manier waarop we games ervaren. Gamers hoeven geen complexe toetsencombinaties meer te onthouden om hun avatar in de game een manoeuvre te laten uitvoeren – ze hoeven alleen maar te denken aan wat ze hun avatar willen laten doen, en het gebeurt. Misschien nóg interessanter is dat spelontwikkelaars dankzij hersenimplantaten de reacties van je hersenen kunnen interpreteren om erachter te komen wanneer je plezier in de game hebt – en erop in kunnen spelen als je dat niet hebt.

Ben je vastgelopen in een moeilijk level? De game voelt je oplopende frustratie en zal de uitdaging subtiel aanpassen zodat je plezier in het gamen blijft houden. Is een onderdeel te makkelijk? De moeilijkheid zal verhoogd worden voordat je je gaat vervelen. De game herkent ook welke uitdagingen je hersenen met enthousiasme prikkelen en welke je koud laten. Of je nu open, uitgestrekte werelden wilt verkennen, complexe puzzels wilt oplossen of intense gevechten wilt aangaan, de game stemt zich voortdurend op jou af zodat het leuk voor je blijft.

Werken op denksnelheid

In de toekomst zullen we onze gedachten gebruiken voor allerlei taken, terwijl onze BCI’s onze mentale toestand in de gaten houden en ons waarschuwen als we moe of afgeleid raken.

Veel van de nieuwe mogelijkheden die we hebben besproken, zullen ook in ons werk een rol gaan spelen. Rond 2040 zullen BCI’s het mogelijk maken dat werknemers computers en machines direct met hun gedachten besturen, zodat een muis en toetsenbord niet meer nodig zijn. Loopt een werknemer ergens tegenaan? Dan hoeven ze geen collega lastig te vallen of eindeloos in de documentatie te zoeken. Ze downloaden de benodigde kennis gewoon rechtstreeks in hun brein en kunnen meteen weer door.

Voor mensen in risicovolle omgevingen, zoals bouwvakkers, treinmachinisten en vrachtwagenchauffeurs die lange afstanden rijden, zullen BCI’s belangrijk worden. De technologie monitort dan continu hun hersenactiviteit en andere signalen, zoals oogbewegingen en hoe vaak ze met hun ogen knipperen, om slaperigheid en vermoeidheid vroegtijdig op te sporen. Zodra het detecteert dat iemand zich moe of afgeleid begint te voelen, waarschuwt de hersenchip de persoon onmiddellijk en stelt voor een pauze in te lassen, waardoor de kans op een ongeluk veel kleiner wordt.

We moeten er natuurlijk ook bij stilstaan dat de technologie misbruikt zou kunnen worden. Bedrijven zouden BCI’s kunnen gebruiken om de mentale gesteldheid van hun werknemers te monitoren of zelfs hun privégedachten zonder toestemming te lezen. Het is zelfs denkbaar  dat bedrijven verzamelde hersendata aan adverteerders gaan verkopen, of dat ze de gegevens gebruiken om de productiviteit op de werkvloer te verhogen, in plaats van voor het welzijn van de werknemers. Het is ook mogelijk dat werkgevers het monitoren van hersenen gaan verplichten als onderdeel van het dienstverband, net zoals drugstesten tegenwoordig standaard zijn in veel bedrijfstakken. Daarom is het misschien een goed idee om een uitknop in te bouwen – zodat we onze gedachten privé kunnen houden op het moment dat we dat willen.

Cyborgs in oorlogstijd

BCI’s zullen de gevechtsvaardigheden van de soldaten van de toekomst aanzienlijk verbeteren, waardoor soldaten zonder woorden zullen kunnen communiceren, drones door middel van gedachten kunnen besturen en hun emoties kunnen reguleren.

Net als andere baanbrekende technologieën, zullen hersenimplantaten waarschijnlijk belangrijke militaire toepassingen gaan krijgen. Denk bijvoorbeeld aan stille communicatie tussen soldaten op het slagveld. Ook zullen soldaten verkenningsdrones mentaal kunnen besturen om een compleet beeld van het slagveld te krijgen zonder zichzelf aan gevaar bloot te stellen.

Een van de meest veelbelovende toepassingen van BCI’s is misschien wel het vermogen om fysiologische en emotionele reacties tijdens en na gevechten te reguleren. Soldaten kunnen dan hun stressniveau beheersen, angst onderdrukken en zelfs hun pijnbeleving reguleren, waardoor ze veel effectiever kunnen strijden. Nog belangrijker is wellicht dat dezelfde technologie de verwoestende gevolgen van posttraumatische stress zou kunnen helpen voorkomen door soldaten in staat te stellen hun ervaringen gezonder te verwerken. In plaats van ze te onderdrukken, hebben ze de tools voor effectievere verwerking, waardoor de psychologische impact van oorlog mogelijk afneemt.

De technologie zou ook tot een geheel nieuwe vorm van neurale oorlogsvoering kunnen leiden. Militaire strategen zouden methoden kunnen ontwikkelen voor het onderscheppen of verstoren van vijandelijke BCI-signalen, waarbij ze tactische informatie kunnen achterhalen of verwarrende zintuiglijke ervaringen kunnen opwekken bij de vijand. Een goed uitgevoerde hack zou ervoor kunnen zorgen dat vijandelijke strijders onvrijwillig hun posities onthullen door plotselinge spierbewegingen. Ze kunnen van slag raken door een zintuiglijke overload, of er kan valse data geïmplanteerd worden waardoor ze dreigingen waarnemen die niet bestaan en dreigingen missen die er wel zijn.

Conclusie

Dus wat kunnen we hieruit afleiden? Staan we aan de vooravond van een nieuwe grote doorbraak die onze wereld ingrijpend zal veranderen? Nog niet meteen. Als je morgenochtend wakker wordt, ligt je smartphone nog steeds op je nachtkastje, staat je laptop nog steeds op je bureau en zijn je gedachten nog steeds van jou alleen. Maar vergis je niet – het is heel goed mogelijk dat we in de eindfase van die vertrouwde wereld leven. Tegen 2040 zullen BCI’s niet alleen mensen helpen die ziek zijn; ze zullen ook mensen die gezond zijn ‘upgraden’ en de betekenis van mens-zijn verruimen. Ze zullen gedachten omzetten in handelingen, herinneringen in films en telepathie in werkelijkheid. En als die dag komt, zullen we terugkijken op 2025 en ons afvragen hoe we ooit zonder ze hebben kunnen leven, net zoals we ons nu verbazen over het leven van vóór het internet.

Share via
Copy link